Op 14 november is het Wereld Diabetes Dag. Het is de verjaardag van de one and only Frederick Banting, hij vond samen met zijn collega Charles Best in 1922 insuline uit. Hoeraaa! Want voor 1922 was Diabetes een dodelijke aandoening.
Waarom ik nu een artikel schrijf over Wereld Diabetesdag?
Omdat mijn zoontje van (bijna) 8 jaar sinds 1 jaar en enkele luttele maanden de diagnose van Diabetes type 1 kreeg. En ik echt heel graag met dit artikel enkele stereotype vooroordelen, opmerkingen, … de kop wil indrukken. Ook omdat er gerust wat meer awareness mag zijn rond deze onderschatte aandoening. Een tijdige diagnose kan levensreddend zijn.
Hoe ontdekten we diabetes bij ons zoontje?
Het was een warme, hete zomer, die van 2018. Ilyas dronk veel, héél veel. Maar ja, het was ook zo warm… ’s Nachts hoorden we hem tot 3 – 4 keer per nacht uit zijn bed strompelen om te gaan plassen en ook nog even wat water bij te tanken. Dat vele plassen, ja dat is toch normaal, hij drinkt ook zo veel…
Toen begon hij ook nog eens veel, héél veel, te eten. 7 tot 8 boterhammen als ontbijt vonden we er wel wat over. Hij leek ook wat scherper te zijn geworden in zijn gezicht. Ik zette hem eens op de weegschaal en constateerde dat hij 1kg minder woog dan bij het medisch onderzoek van 4 maanden ervoor. Raar… een kind dat afvalt? Hij had misschien een groeispurt? Hij at toch goed…?
Toen ik hem een week later nóg eens op de weegschaal zette en er wéér 1kg af was, ging de alarmbel af. Dit was niet normaal. Hij at massa’s eten, dronk veel, moest heel de tijd plassen en was daarbij ook nog eens afgevallen. Een kind valt toch niet af!? Ik belde op maandag de dokter en kon pas een afspraak krijgen op woensdagavond. Ik liet het woord diabetes al vallen aan de tel, maar hij leek het niet nodig te vinden om mijn zoon er ergens tussen te nemen, dus maakte ik me verder ook geen zorgen.
Woensdagavond ging ik dan bij de dokter langs (een andere van dezelfde praktijk). Ik liet hem weten dat ik een vermoeden van diabetes had en vroeg of hij al geen vingerprik kon doen? Nee we zullen bloed nemen dan kunnen we onmiddellijk nog andere dingen checken. Ik mocht vrijdag namiddag bellen voor de resultaten.
Naar spoed
Donderdagochtend ging mijn wekker om 6u20 en zag ik een gemiste oproep om 00u30. Wie belt me nu om 00u30 op!? Toen ik het vaste nummer in google ingaf zag ik de naam van de dokter. Ik dacht, iemand die me om 00u30 belt, mag ik ook om 6u30 terugbellen. Het was de dokter, met slecht nieuws: Het is wel degelijk diabetes type 1. Ik moest onmiddellijk naar spoed en krabbelde 2 waarden op een papiertje (die moest ik doorgeven als ik op spoed toekwam: een suikerwaarde van 571 en een HBA1C van 9,8). Nog absoluut geen idee van wat ons overkwam, zette ik me achter mijn pc om mijn collega’s in te lichten dat ik diezelfde dag niet meer op kantoor zou komen, maar de dag nadien kwam ik zeker nog langs voor overdracht (het waren mijn laatste 2 werkdagen voor een maand ouderschapsverlof). We aten nog, op het gemak, ons ontbijt en Ilyas kreeg ook nog een boterham met choco (hij moest toch iets eten!?). Ik vertrok naar Spoed (UZ Antwerpen) en mijn man volgende later, die moest nog snel opvang regelen voor de dochter.
De eerste vingerprik
Op spoed werden we onmiddellijk goed opgevangen. We moesten niet wachten en werden meteen geholpen. Een verpleegster deed een allereerste vingerprik. Ik weet nog heel goed Ilyas zijn reactie ‘aaaauuuuw (tranen) dit wil ik NOOIT meer’ en ik dacht ‘lieve schat, dit ga je nog héél veel moeten doen’. Ik weet niet meer hoe hoog hij stond, maar veel te hoog. Hij werd direct op een bed gelegd en kreeg een infuus in zijn arm met vocht. Er kwamen dokters en een diëtiste langs (nog op spoed). Dat we pech hadden, niets aan te doen, we moesten onszelf niets verwijten, een slecht lot getrokken… Diabetes type 1 overkomt je, je kan het niet tegenhouden. De pancreas is gestopt met werken. Het is een auto immuun ziekte. Het heeft niets met slechte eetgewoontes te maken, niets met eender wat.
De insuline werd opgestart en we kregen een kamer. Mijn man kwam toe en het was een overrompeling van dokters, verpleegkundigen, diëtisten en psychologen. We begrepen er niets van! Toen de diabetes educator ons op het einde van de dag vroeg ‘hoe gaat het met jullie‘? Had ik het wel gehad! Dit was wel de 3de persoon die ons dit vroeg. Dus antwoordde ik: ‘wacht eens even, met ons gaat het goed, wat is het probleem? Mis ik iets? Hij gaat toch niet dood? Ik zie het probleem niet’ Maar ik had nog geen idee… helemaal geen idee (zoals iedereen die er niet rechtstreeks mee geconfronteerd wordt). Op dag 2 was het mijn beurt om thuis te gaan slapen. De dag nadien was ik van een stoere niets-vermoedende mama omgetoverd tot een hoopje ellende en moest ik noodgedwongen de badkamer invluchten toen ik toekwam omdat ik mijn tranen niet meer de baas kon.
Wat houdt dat nu in? Diabetes?
Als je diabetes type 1 hebt, wil dit zeggen dat je pancreas gestopt is met werken. Het start meestal op jonge leeftijd (voor je 40ste). Je moet voor alles wat je eet of drinkt insuline inspuiten. Of toch voor alles waar koolhydraten inzitten (maar die zitten in zowat alles!). Dat wil zeggen minstens 4 spuitjes op een dag (tenzij je met een insulinepomp werkt): bij het ontbijt, middageten en avondeten. Ook is er nog een bijkomende spuit nodig, voor het slapengaan, die een andere type insuline afgeeft, een traagwerkende. Deze houdt de basale suikerspiegel op pijl.
De hoeveelheid insuline wordt bepaald adhv de koolhydraten die je wil eten. Het beste is als je op voorhand insuline inspuit. Wat wil zeggen dat je vooraf moet beslissen hoeveel je zal eten. Wij wegen alles af, berekenen de koolhydraten, zetten dit om naar eenheden insuline en dan kan hij inspuiten. De hoeveelheid insuline voor 1 boterham is ’s ochtends anders dan ’s avonds (ja die wiskundelessen komen nog van pas! 😉 ). De hoeveelheid insuline is ook heel persoonsgebonden en als je ziek bent, emotioneel, moe… of het is gewoon koud, dan heeft dit ook een invloed op de bloedsuikerspiegel.
Mijn opa/oma heeft ook diabetes. Is dat hetzelfde?
De kans is groot dat het niet om hetzelfde type gaat. De 2 voornaamste types diabetes zijn diabetes type 1 (van mijn zoontje) en diabetes type 2. Diabetes type 2 wordt ook wel ouderdomsdiabetes genoemd. Dit is iets heel anders. Bij type 2 werkt de pancreas nog wel, maar niet meer zo goed. Patiënten van type 2 krijgen meestal bewegings- en dieetadvies, aangevuld met medicijnen. Soms moeten deze mensen ook insuline inspuiten. Overgewicht en weinig beweging liggen vaak aan de basis maar ook andere factoren zoals erfelijkheid kunnen dit veroorzaken. 90% van de diabetespatiënten heeft type 2. Vandaar dat dit ook het meest gekend is.
Diabetes type 1 kan je niet in een bepaalde gradatie hebben. Je hebt het of je hebt het niet en er moet altijd insuline worden toegediend (met een pen of met een pomp).
Hoe moet het nu verder?
Diabetes is een ellendig monster dat je niet in toom kunt houden. Het is elke dag opnieuw leren loslaten. Na enige tijd geraak je in een routine en vraagt het afwegen van het eten en suikerspiegel controleren wat minder energie. Maar je bent steeds op je hoede want het tij kan snel keren. Als ouder van een diabeetje is het een extra verantwoordelijkheid. Je moet je kind in leven houden. Dat klinkt hard en overdreven, maar daar komt het wel degelijk op neer. En laten we dan gewoon allemaal samen hopen dat Wereld Diabetes Dag snel verleden tijd is en dat er gauw, heel gauw, iets wordt gevonden dat Diabetes voorgoed kan genezen. Duimen jullie mee?